De behaarde rode bosmier heeft minstens 25 haren op het pronotum (voorste deel van het borststuk), de kale hooguit twaalf. De poten en tasters zijn zwart en de tasters zijn afgeplat. Mannetjes zijn geheel zwart. Deze komen echter alleen in de paartijd ter wereld, en sterven al korte tijd later.

Rodebosmier2  Rodebosmier3

De behaarde bosmieren verzamelen naalden, kleine takjes en ander organisch materiaal voor de bouw van hun nesten. Ze verzamelen ook hars vooral als er naaldbomen in hun territorium staan. Hars bestaat voornamelijk uit suikers en zou een interessante energiebron kunnen zijn. Het is echter onduidelijk of de mieren de hars ook echt eten. Hars is een goed bouwmateriaal omdat het waterafstotend is, de naalden aan elkaar plakt en schimmel- en bacteriën dodend is. Onderzoek heeft echter uitgewezen dat hars schimmelgroei in naalden kan stimuleren en het is vooralsnog niet duidelijk waarom mieren hars verzamelen.

Twee jaar geleden is een nieuw mierennest ontstaan in het Pinetum van de heemtuin. Het nest is de kenmerkende hoge mierenhoop maar heeft ook een ondergronds deel. Ze komen vooral voor op zandgronden in open bossen en aan de zuidrand van dichtere bossen. Het nest heeft een ventilatiesysteem waarmee de mieren vochtigheid en temperatuur kunnen regelen. In het vroege voorjaar worden de mieren actief en stijgt de temperatuur van het nest. Later in het voorjaar komt de reproductie op gang als de nieuwe koninginnen en de mannetjes uitvliegen om te paren. Het mannetje sterft kort daarna en de bevruchte koningin sticht een nieuwe kolonie in het nest van een andere mierensoort.

Mierennest

De nesten van rode bosmieren bestaan vooral uit enorme hoeveelheden organisch materiaal en vormen een stabiele levensomgeving voor een groot aantal soorten insecten (andere dan mieren), en andere geleedpotigen.

Mierennest 2  Mierennest 3

Zodra de zon gaat schijnen komen de mieren tevoorschijn. De mierenhoop ziet dan binnen de kortste keren zwart van de mieren.

De behaarde bosmier graaft typische, deels bovengrondse nesten en staat bekend als een agressieve soort; bij verstoring kruipen duizenden woedende mieren op de verstoorder af die het vrijwel altijd aflegt en wegvlucht, al is hij nog zo groot. Dat komt door de stevige kaken waarmee gemeen gebeten kan worden en ook kan de mier mierenzuur afscheiden met het achterlijf, dat echter geen angel bevat. Een enkel nest kan honderdduizenden mieren en meerdere koninginnen bevatten en ook scheuringen vinden plaats waardoor er meerdere nesten in de buurt ontstaan, dit wordt een kolonie genoemd.

GroeneSpecht3

Een van de weinige diersoorten die ze toch trotseert, en zelfs graag lust, is de Groene Specht (Picus viridis).