- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Vijver en vijveroever
- Hits: 1463
Moeraswederik (Lysimachia thyrsiflora) is een vaste plant die behoort tot de sleutelbloemfamilie. De plant komt van nature voor in Eurazië en Noord-Amerika. Hij staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als algemeen voorkomend en stabiel of toegenomen. In België is de soort sterk afgenomen. Hij komt zeldzaam voor in de Kempen en is elders zeer zeldzaam.
Moeraswederik komt voor langs de waterkant, in veenmoerassen en op drijftillen. De plant wordt 30 - 60 cm hoog en heeft een wortelstok met ondergrondse uitlopers. Op de kale stengels zitten bruine klierpuntjes. De tegenover elkaar staande, zittende, halfstengelomvattende, 5 - 16 cm lange en 0,5 - 6 cm brede bladeren zijn lancet- tot lijnlancetvormig en hebben zwarte klierpuntjes.
De plant bloeit van mei tot in juli met gele, 4 - 6 mm grote bloemen, die in lang gesteelde, dichte , 1 - 3 cm lange trossen staan. De bloemen zijn 5-, 6- of 7-tallig. De spitse kelkslippen zijn lijnvormig. De kroonslippen met rode punten aan de top zijn lijnvormig en worden afgewisseld met kleine tanden. De meeldraden zijn bijna twee keer zo lang als de kroonbladen.
De vrucht is een 2,5 mm grote doosvrucht met een centrale zaaddrager. Op de vrucht zitten donkergekleurde puntjes.
Bron: Wikipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Vijver en vijveroever
- Hits: 2238
Bitterzoet (Solanum dulcamara) is een vrij algemeen voorkomende, vaste plant uit de nachtschadefamilie (Solanaceae). Volksnamen zijn dolbessen-hout, elf-rank, hoe-langer-hoe-liever, klimmende nachtschade en qualster. De Nederlandse naam is een vertaling van de botanische naam. Dulcis betekent "zoet" en amaris betekent "bitter".
De stengels zijn dun, rankend en aan de basis verhout. De plant windt zich meestal om andere planten. Hierbij kan de plant een lengte van 4 m bereiken. De bloeiwijze is een enkelvoudig gevorkt bijscherm. De 1-1,5 cm grote paarsblauwe (zelden witte) bloemen bestaan uit vijf aan de voet vergroeide kroonbladen.
De plant bloeit van juni tot september in trosjes of groepjes van drie tot twintig stuks. De bloemen zijn hangend, stervormig, met vijf kroonbladen en gele vergroeide meeldraden. De 1 cm grote bessen zijn eerst groen, dan geel, later rood. Ze zijn in rijpe vorm zacht, eetbaar voor vogels, maar giftig voor mensen. De vogels spelen dan ook een belangrijke rol bij de verspreiding van zaden.
De 4-12 cm lange bladen zijn pijlvormig of langwerpig, vaak iets gelobd aan de basis, met een bladsteel tot 3 cm. Zoals bij vrijwel alle Solanum-soorten zijn de bladen giftig.
Bron: Wikipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Vijver en vijveroever
- Hits: 2355
De kleine watereppe (Berula erecta) is een plant uit de schermbloemenfamilie (Umbelliferae of Apiaceae). Het is de enige soort in het geslacht Berula.
Het is een onbehaarde plant die 30-60 cm hoog wordt. De plant groeit in of aan sloten, vijvers en moerassen. De stengels zijn hol, rond en gestreept.
De bloemen zijn wit en hebben een doorsnede van 2 mm. Een bloem bestaat uit vijf kroonblaadjes met omgekrulde punten. De bloemen vormen een samengesteld scherm dat bloeit van juli tot september. De bladeren zijn geveerd en hebben zeven tot veertien paar deelblaadjes, die eirond, getand en blauwgroen zijn.
De kleine watereppe heeft korte, brede, eivormige vruchten die tot 3 mm groot zijn.
Bron: Wikipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Vijver en vijveroever
- Hits: 3898
Groot hoefblad (Petasites hybridus) is een plant uit de composietenfamilie (Asteraceae). Het is een in België en Nederland voorkomende plant met zeer grote bladeren die langs oevers van water groeit. De lange steel (tot 1 m hoog) met rozeachtige bloemen in een aar verschijnt voor de bladeren, die eind april, begin mei, uit de grond komen. Groot hoefblad is tweehuizig.
Langs het water is groot hoefblad een mooie plant, maar de soort wordt beschouwd als een zeer lastig onkruid door de wortelstokken die moeilijk te verwijderen zijn. Daarom wordt de plant ook wel allemansverdriet genoemd.
Bron: Wikipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Vijver en vijveroever
- Hits: 2141
De gele lis (Iris pseudacorus) is een plant uit de lissenfamilie (Iridaceae). Het is een 0,8–1 m hoge oeverplant van zoet, stilstaand of langzaam stromend water. De plant groeit in water dat tot zo'n 30 cm diep is.
De lange, smalle bladen hebben een iets opstaande middennerf en blijven het gehele jaar groen.
De bloemen zijn van mei tot juni te zien en zijn 5–12 cm in doorsnee. De bloem heeft een groot groen schutblad, drie grote afhangende bloemdekslippen, en drie kleinere kroonbladen.
Na de bloei zitten de zaden als een rolletje munten opgestapeld in driekantige zaaddozen. Deze bevatten luchtholten waardoor ze blijven drijven. Doordat de gele lis veel voedingsstoffen uit het water opneemt, kan deze bijdragen aan het verbeteren van de waterkwaliteit.
De nectar is vrij diep weggestopt, honingbijen en hommels moeten er helemaal in kruipen om bij de nectar te komen. Als de bloemen helemaal rijp zijn, rollen de zaden er uit. De zaden drijven over het water weg tot ze langs de oever blijven hangen en ontkiemen.
Bron: Wikipedia