- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Heiderand
- Hits: 2398
Het klein vogelpootje (Ornithopus perpusillus) is een eenjarige plant, die kan overwinteren. De soort behoort tot de vlinderbloemenfamilie (Leguminosae).
De plant wordt 5-30 cm hoog en heeft onevengeveerde bladeren. Het blad bestaat uit zeven tot twaalf paar, 2-7 mm lange, elliptische tot langwerpige deelblaadjes. De stengels zijn vaak liggend tot opstijgend. De steel van de bloeiwijze is ongeveer even lang als het blad. De plant vormt wortelknolletjes.
Het klein vogelpootje bloeit van mei tot juli met witachtige, purper geaderde bloemen en die een geelachtige kiel hebben. De bloemen zijn 3-5 mm groot. Het schutblad van de bloeiwijze is langer dan de bloemen. De kelkbuis is drie tot vier keer zo lang als de kelktanden.
De vrucht is een peul, die meestal iets gebogen is en bij rijpheid in delen uiteen valt.
De plant komt voor op droge, kalkarme zandgrond.
Bron: Wikipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Heiderand
- Hits: 2160
De gaspeldoorn, Ulex europaeus, is een struik uit de vlinderbloemenfamilie, Leguminosae of Fabaceae. De plant is niet goed tegen koude en vorst bestand en komt in Europa daarom veel aan de kust van de Atlantische Oceaan voor. Op de Britse Eilanden groeit veel Gaspeldoorn. Rechtop groeiend kan de gaspeldoorn een hoogte bereiken van drie meter, maar de struik blijft op onbeschutte of begraasde plaatsen een stuk lager.
De gaspeldoorn staat op de Nederlandse Rode Lijst van planten als vrij zeldzaam en matig in aantal afgenomen. Het is een gedoornde, groenblijvende struik die plaatselijk voorkomt op zandgronden, heide of in de duinen. In sommige gebieden is ze erg zeldzaam. Struiken gaspeldoorn vormen een natuurlijke plaats waar herten, reeën en wilde zwijnen beschutting zoeken. Bijen komen veel af op de goudgele, geurende bloemen. De bloemen schieten, wanneer ze worden aangeraakt, stuifmeel op bezoekende insecten af.
De bladeren zijn gereduceerd tot groene, naaldvormige doorns van 1,5-2,5 cm lang. Ze zijn diepgegroefd en stijf. Jonge bladeren zijn drietallig en in dat stadium nog zacht en voor dieren eetbaar. De vlindervormige bloemen zijn goudgeel en hebben een lengte van ongeveer 1,5 cm. Ze zijn bevestigd aan korte, fluwelige stelen. De gaspeldoorn draagt zwarte peulen die 1-2 cm lang worden. Ze zijn behaard. De plant bevat het giftige cytisine. Bij rijpheid barst de peul open zodat de zaden vrijkomen. Deze zaden zijn giftig.
Bron: Wiklipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Heiderand
- Hits: 1757
De muurpeper of eeuwig leven (Sedum acre) is een 5-25 cm hoge, vaste plant uit de vetplantenfamilie (Crassulaceae). De naam peper is afgeleid van de scherpe smaak van de bladen.
De plant wordt ook wel 'tripmadam' genoemd, maar die naam hoort bij de soort Sedum reflexum.
De plant vormt vaak kleine tapijten. De 3-4 mm grote bladen zitten dicht opeen langs de stengels. De plant bloeit van mei tot augustus met felgele 1,2 cm grote bloemen. De bloemen hebben vijf kroon- en vijf kelkbladen.
De plant lijkt op zacht vetkruid (Sedum sexangulare), maar bij muurpeper is de bloem iets groter en het blad smaakt bij zacht vetkruid ook niet naar peper.
Bron: Wikipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Heiderand
- Hits: 1713
Het rozenkransje (Antennaria dioica) is een vaste plant die behoort tot de composietenfamilie (Compositae oftewel Asteraceae). De soort staat op de Nederlandse Rode Lijst van planten als zeer zeldzaam en zeer sterk afgenomen. Deze plant is in Nederland wettelijk beschermd sinds 1 januari 2017 door de Wet Natuurbescherming. De plant komt voor in de gematigde streken van het noordelijk halfrond en wordt ook in de siertuin gebruikt.
De plant wordt 5–15 cm hoog en heeft rozetdragende uitlopers. De bovenzijde van de bladeren is groen en de onderkant witviltig behaard. De vorm van de wortelbladeren is spatelvormig en die van de stengelbladeren lancet- tot lijnvormig.
Het rozenkransje bloeit in mei en juni. De bloeiwijze is een gevorkt bijscherm. De bloemstengel is onvertakt en draagt twee tot acht bloemhoofdjes. De planten komen in groepjes voor, die uit vrouwelijke, mannelijke of zowel vrouwelijke als mannelijke planten kunnen bestaan. De vrouwelijke hoofdjes zijn meestal roze en de mannelijke meestal wit van kleur. De omwindselblaadjes zijn bovenin lintbloemachtig. De hoofdjes bestaan enkel uit buisbloempjes.
De vrucht is een nootje.
De plant komt voor tussen kort gras en heide op droge, vrij voedselarme grond.
Bron: Wikipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Heiderand
- Hits: 1750
Schapenzuring (Rumex acetosella) is een vaste plant die behoort tot de duizendknoopfamilie (Polygonaceae). De tweehuizige plant komt voor in Europa.
De plant wordt 10-60 cm hoog en vormt veel en lange ondergrondse uitlopers. De 3-7 cm lange, spiesvormige bladeren zijn omgekeerd-eirond tot lijnvormig. Schapenzuring bloeit van mei tot de herfst met meestal groene of lichtrood aangelopen pluimen. Soms zijn ze donkerrood. De 1-1,5 mm lange vruchtkleppen (binnenste bloemdekbladen) zijn niet of nauwelijks langer dan de vrucht. Ze zijn ongetand en zonder knobbels. De vrucht is een driekantig nootje. In een gram zaad zitten circa 3800 zaden.
Schapenzuring komt voor op droge, stikstofhoudende, kalkarme en zure zand-, heide- en veengrond. De plant wordt beschouwd als onkruid als ze voorkomt tussen de roggeplanten.
Bron: Wikipedia