- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Bloemenweide
- Hits: 1714
De rode klaver (Trifolium pratense) is een overblijvend kruid uit de vlinderbloemenfamilie (Leguminosae ofwel Fabaceae). De rode klaver komt in het wild voor in heel Europa en in noordelijk en Centraal-Azië; zuidelijk vanaf het Middellands Zeegebied tot aan de Noordpoolcirkel. De rode klaver heeft zich ook in Noord-Amerika, Australië en Nieuw-Zeeland gevestigd.
Rode klaver is een vaste plant met een samengesteld, drietallig blad. De plant kan 15–50 cm hoog worden. De stengel is behaard. De onderste bladeren zijn rond en langgesteeld, de bovenste bladeren bijna zittend, langwerpig en aan onder- en bovenzijde bedekt met haartjes. In het midden van deze bladeren zit een lichte vlek. Naast de bovenste bladeren zitten eironde blaadjes.
Rode klaver bloeit van mei tot in de herfst met roze tot rode bloemen. De bloeiwijzen zijn bol tot eivormig en hebben aan de voet van de bovenste bladeren steunblaadjes.
Rode klaver werd vroeger veel gebruikt als voedergewas en komt weer meer in de belangstelling voor de ecologische landbouw. Hij wordt wel geteeld als stoppelgewas, dat wil zeggen dat de rode klaver in maart en april onder graan gezaaid wordt en na de oogst van het graan verder groeit. Rode klaver heeft een zeer laag blauwzuurgehalte. Er zijn zowel diploïde als tetraploïde rassen. De tetraploïde rassen zijn goed wintervast, de diploïde minder.
Voor de bestuiving werden er rond 1880 hommels uit Zuid-Engeland geïntroduceerd, omdat geen van de inheemse bijen door de diepe kroonbuizen rode klaver konden bestuiven. Alleen een uitrolbare hommeltong kan rode klaver bestuiven.
Het klaverblauwtje (Cyaniris semiargus) leeft alleen op rode klaver en staat op de Nederlandse Rode lijst dagvlinders.
Bron: Wikipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Bloemenweide
- Hits: 1830
De pinksterbloem, (Cardamine pratensis), is een plant uit de kruisbloemenfamilie. De soort is inheems en algemeen in Nederland en België.
De soort kan tot 50 cm hoog worden. De plant heeft een bladrozet. De stengel is hol en rond. De bladeren zijn samengesteld. De deelblaadjes van het bladrozet zijn kort en breed en vaak bochtig getand. De stengelbladeren zijn smal en lang. De vrucht is een hauw. Deze zijn bij de pinksterbloem smal en maximaal 5,5 cm lang.
De bloemen zijn tweeslachtig, er zijn 6 meeldraden en 1 stamper met een korte stijl. De meeldraden hebben gele helmknoppen en komen voor in 3 paar, waarvan 2 lange van 5 tot 10mm en 1 korte van 3 tot 6mm. Het vruchtbeginsel bestaat uit 2 gefuseerde vruchtbladen, is bovenstandig en bevat 20 tot 30 zaadknoppen. De bloemen groeien in een tros. De kelkbladen zijn onderaan met elkaar vergroeid, de kroonbladen niet. De kroonbladen zijn maximaal 1,8 cm lang en hebben een lila tot roze kleur met paarse aders, ze zijn zelden wit.
De plant bloeit ondanks haar naam met name in de periode vóór Pinksteren. Eind april is meestal het hoogtepunt. In Friesland wordt het fluitenkruid, dat wel rond Pinksteren bloeit, ook weleens pinksterbloem of pinksterblom genoemd.
Brom: Wikipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Bloemenweide
- Hits: 1775
De paardenbloem (Taraxacum officinale) is een soort uit de composietenfamilie (Asteraceae). In deze familie zijn bloemen sterk gereduceerd en klein en staan ze dicht bij elkaar in een bloemhoofdje. Paardenbloemen zijn heel algemeen.
In april kunnen ze hele weilanden geel kleuren. Dat neemt niet weg dat bepaalde micro-soorten en secties zeldzaam kunnen zijn.
De paardenbloem komt van oorsprong voor in Afrika, Azië en Europa en is door toedoen van de mens over veel andere plaatsen verspreid.
Bron: Wikipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Bloemenweide
- Hits: 1645
Het madeliefje of meizoentje (Bellis perennis) is een kleine vaste plant uit de composietenfamilie (Asteraceae) die tot 15 cm hoog wordt. Bellis is afgeleid uit het Latijn en betekent mooi, perennis betekent "overjarig". De naam Bellis perennis betekent 'alle jaren mooi'.
Er zijn twee hypothesen over de herkomst van de Nederlandse naam 'madeliefje'. De eerste is een samentrekking van het woord 'made', wat weide of hooiveld betekent (vgl. ook 'maaien'), en het woord 'lief', omdat men de bloem waarschijnlijk graag zag in het veld.
De tweede hypothese geeft aan dat het woord mogelijk afkomstig is van maagde-lief, omdat het bloempje vroeger in verband werd gebracht met de heilige maagd Maria.
Bron: Wikipedia
- Details
- Geschreven door: Hans
- Categorie: Bloemenweide
- Hits: 1599
Het knoopkruid (Centaurea jacea) is een kruidachtige plant uit de composietenfamilie (Compositae oftewel Asteraceae). Een synoniem is Centaurea thuillieri.
In Nederland (met uitzondering van Drenthe) en Vlaanderen is het een algemene plant van bermen en andere ruderale plaatsen.
De overblijvende plant wordt 30–70 cm hoog. De bovenste bladeren zijn ongedeeld en staan afwisselend langs de stengel. De onderste bladeren zijn meestal bochtig tot veerspletig.
De bloemhoofdjes zijn 2–4 cm breed. Ze bestaan uit roze tot roodpaarse buisbloemen. De randbloemen hiervan zijn vergroot en steriel. Door het vergroten en het opzij staan lijken ze op lintbloemen. De omwindselbladen in de bovenste helft hebben een afgescheiden, gestekeld aanhangsel. De bloeiperiode loopt van juni tot in de herfst.
Bron: Wikipedia