Het (knikkend) wilgenroosje (Chamerion angustifolium) is een overblijvende, kruidachtige plant uit de teunisbloemfamilie (Onagraceae). De Nederlandse naam wilgenroosje is afgeleid van de gelijkenis van de bladeren met die van wilgen. De soortaanduiding angustifolium betekent smalbladig.

Wilgenroosje

De 0,6-1,5 m hoge stengels zijn rechtopstaand, dicht bebladerd en niet vertakt. De 4-16 cm lange, meestal rechtopstaande bladeren zijn langwerpig en aan de onderzijde blauw-groen. De plant vormt vertakte wortelstokken, waaruit nieuwe planten kunnen ontstaan.

De bloemen zijn als een grote aar langs de stengel gerangschikt. De 2-3,5 cm grote bloemen zijn tweezijdig symmetrisch, maar niet puntsymmetrisch. De vier kroonbladen staan in twee paren: een bovenste paar en een onderste paar. De bovenste kroonbladen zijn iets groter dan de twee onderste, waardoor de kroonbladen iets weg hebben van de vleugels van een vlinder. De kelkbladen zijn rood tot donkerpaars gekleurd. Het smalle, onderste kelkblad steekt opvallend tussen de twee onderste kroonbladen naar beneden. De bloemen lijken op steeltjes te staan. Deze steeltjes vormen echter het vruchtbeginsel.

De bloeiperiode loopt van juni tot in augustus.

Bron: Wikipedia